Suze Nane Poppe

Suze nane poppe
’t kealtsje leit yn ‘e groppe.
Heit en mem sa fier fan hûs,
dy kinne wy net beroppe.

Dit hele oude slaapliedje kent iedereen met Fryske roots uit zijn hoofd. Ik ook. Mijn kinderen ook. De strekking van het liedje is eigenlijk nogal dramatisch. Heit en mem (vader en moeder) zijn niet thuis en er is blijkbaar net een kalfje geboren wat in de grup ligt. Hier is de hulp van vader en/of moeder wel bij nodig, want ik ben zelf nog niet groot en sterk genoeg om dat kalf eruit te tillen. Dat is op zijn minst nogal dramatisch. Want meer dan deze vier zinnen is er niet. Je weet niet hoe het afloopt, blijven heit en mem zolang weg dat het kalfje van de kou sterft. Hoe in paniek is het kind, dat laatse woord roppe kan erop duiden dat het kind nogal aan het schreeuwen is. Mijn kinderen vinden het een heel zielig liedje. Niks lekker in slaap vallen. Piekeren over hoe het allemaal gaat aflopen met dat kalfje.

Maar genoeg over het kalfje in de groppe. Het gaat mij nu om het begin. Die eerste zin ‘Suze nane poppe’. Poppe is het friese woord voor baby. Maar Suze nane. Geen idee. Op mijn 56e ben ik dan toch maar eens googelen naar die eerste twee mysterieuse woorden. Op dbnl.org wordt het uitgelegd in een artikel over wiegeliedjes. Ik citeer

Dat de nane uit het Suze nane poppe een ouder Fries woord voor wieg is, en suze het heen en weer wiegen aanduidt, weten veel jongeren niet meer. Dit geldt eveneens voor woorden als eia, heia, net als nane oude vormen voor wieg.

Suze is dus heen en weer wiegen en nane is de wieg zelf. Het betekent dus iets als ‘baby schommel maar lekker heen en weer in je wieg’. Lijkt me heerlijk alsof ik op een warme dag in mijn hangmat lig.

Als ik nu mijn gedachten de vrije loop laat, dan staat hier dus eigenlijk baby ga maar lekker slapen, ik wieg je wel wat heen en weer. Maar ondertussen ligt er wel een pas geboren kalfje dood te gaan in de stal, het is wel goed zo er is toch niemand om te helpen. Ga maar lekker slapen hoor er is helemaal niks aan de hand. Fijn maar weer.

Op de website Vier Seizoenen wordt geschreven dat dit soort ‘wiegeliedjes’ uit een tijd komt dat er nog ‘huisslavinnen’ bestonden. De naargeestige toon van dit en andere wiegeliedjes kwam voort uit het feit dat deze slavinnen niet altijd even positief dachten over de moeder van het kind. Er zijn er wiegeliedjes bekend waarin de moeder als lelijkerd wordt benoemd.